Skip to main content

Column: Anekdotes uit het Furieverleden

Tweemaandelijks bieden we u een blik achter de schermen bij de s.s. Furie en het vrijwilligers peloton van Stichting Hollands Glorie (SHG).

Anekdotes uit het Furieverleden

Heel wat jaren geleden hadden we een vaartocht met de Furie voor een internationale voedings- en levensmiddelenproducent uit Vlaardingen. De gasten aan boord waren directieleden vanuit elke Europese vestiging. De welbekende chef-kok Herman den Blijker was ingehuurd om de maaltijd verzorgen. Dat was natuurlijk sjiek en prima voor elkaar. In die tijd aten wij als bemanning gewoon mee. Nou ja gewoon… Patrijzen en ander gevogelte kwamen geurig uit de kombuis. Nou zag ik alleen die Patrijs voor heel wat anders aan (en daar was ik niet de enige in). Eigenlijk hadden we geen idee wat er op het menu stond. Dus ik zeg tegen deze befaamde kok: ‘Lekker balletje Herman, smaakt goed!’. Zijn antwoord hierop laten we diplomatiek maar even in het midden.

Ook de bemanning heeft genoten van deze luxe maaltijd. Aan het eind kwamen de sigaren. Dat waren geen goedkope en ook niet tussen je vingers te houden, zo groot waren die dingen. Herman liet de overgebleven sigaren achter voor de bemanning. Daar hebben we nog even een poosje mee gedaan. Al met al weer een geslaagde reis, waar we met veel plezier op terugkijken.

Het bijzondere tijdens deze tocht was dat een Italiaans directielid op de bank in de machinekamer naast mij kwam zitten en genoot van de stoommachine. ‘Kijk’ zegtie: ‘Elke maand organiseert iemand uit de Europese Directie iets. Al jarenlang is het motto: hoe extravaganter, hoe mooier. Deze vaartocht met de Furie is voor mij de mooiste bijeenkomst tot nu toe. De nostalgie van dit prachtige schip, de geur van stoom en die geweldige machine. Dit is totaal iets anders dan dat we normaal doen en ik geniet hier met volle teugen van!’.

Daar word ik als vrijwilliger nou enorm blij van.

Jan Peute

Machinist Furie

Column: Vlag halfstok op de Furie

Tweemaandelijks bieden we u een blik achter de schermen bij de s.s. Furie en het vrijwilligers peloton van Stichting Hollands Glorie (SHG).

Vlag halfstok op de Furie

Met weer een lekker vaarseizoen achter de rug, sta ik graag even stil bij het afscheid van twee Furie iconen, André Spanjersberg en Leo Vermaas. Zij waren vele decennia enthousiast lid van de Furiefamilie en hebben een enorme bijdrage geleverd aan het succes van de Furie. Leo als secretaris en Andre als kapitein. Jammer dat we de sterke verhalen en mooie geschiedenislessen definitief moeten missen.

Met zo’n afscheid verdwijnt er helaas ook een hoop kennis en ervaring.

Toen ik in 2014 aan boord kwam, had ik niet verwacht dat ze op de Furie sterk waren in het vastleggen van kennis en ervaring en het overdragen hiervan.  Maar niets bleek minder waar! Er was een zeer uitgebreid archief, een professionele scheepsadministratie en voldoende documentatie van ketel en stoominstallatie, gedurende vele decennia netjes bijgehouden en gedocumenteerd. Er stond een dijk van een organisatie. En die staat er nog steeds.

Ook het overdragen van kennis en ervaring aan de volgende generatie bemanningsleden was en is gewoon dagelijkse kost. We hebben gelukkig een bemanning waarin regelmatig nieuw en (relatief) jong bloed arriveert. Zodra de Furievonk is overgeslagen worden ze stapje voor stapje meegenomen en opgeleid in het zo specifieke Furiebedrijf.

Daarmee leggen we een stevige basis voor de toekomst van de Furie en zorgen ervoor dat ook die volgende generaties vooruit kunnen, gebruikmakend van de kennis en ervaring uit het verleden.

Want we willen ook in de toekomst de jeugd kennis laten maken met het leven en werken op een meer dan honderd jaar oude stoomzeesleper. Gewoon liggend aan de stadhuiskade met regelmatig deelname aan een mooi evenement of vaartocht.

En voor Leo en André nog een laatste groet. Rust zacht en bedankt voor jullie tomeloze inzet gedurende heel veel jaren.

Ton Raemakers

Stichting Hollands Glorie

Column: Emigreren naar de Furie

Tweemaandelijks bieden we u een blik achter de schermen bij de s.s. Furie en het vrijwilligers peloton van Stichting Hollands Glorie (SHG).

Emigreren naar de Furie

In 2023 zijn we vanuit Den Haag ‘geëmigreerd’ naar Maassluis. De eerste periode heb ik in ons nieuwe huis geklust en zag ik alleen maar de bouwmarkten. Toen het huis eenmaal opgeknapt en ingericht was, hadden we eindelijk wat tijd over om de stad te gaan verkennen. Op een van onze verkenningstochten door Maassluis, maakten we een vaartocht op de Tonijn. Op het water is het nou eenmaal altijd geweldig!

Tijdens deze rondvaart zag ik een poster hangen met de vraag ‘kom jij al op stoom?’ en dacht dat is leuk, ze zoeken vrijwilligers op de boten! Ik heb gelijk een berichtje gestuurd, want het leek me prettig om wat mensen te leren kennen in mijn nieuwe woonplaats. Door je in te zetten als vrijwilliger, maak je je ook nog eens nuttig. Een winsituatie dus voor mij. Die week erop maakte ik kennis met de mannen op de Furie. Eenmaal daar, bleek ik niet de enige geïmporteerde Hagenees aan boord. Ook Arie, onze hoofdstoker, komt er vandaan.  Hij heeft mij onder zijn hoede genomen om me als stoker op te leiden op deze oude mooie dame.

Een gouden zet, in een ontzettend leuke ploeg! Al moest ik even wennen aan de andere tongval om me heen. Op de Furie hoorde ik sommige mannen klussen en praten met elkaar, het leek soms net een klucht. Even dacht ik bij een voorstelling te zijn beland van Waardenburg en de Jong, ze klinken als echte Rotterdammers!

Nu ik een half jaar als vrijwilliger werkzaam ben en al een paar mooie vaartochten heb gemaakt, voel ik me een gewaardeerd deel van de Furiefamilie. Dank jullie wel dat ik een deel mag uitmaken van dit mooie stukje geschiedenis. Hoe ik er vanaf kom? De mannen zouden zeggen: ‘via de loopplank’!

Johan Trijssenaar

Column: Varen op zee

Varen op zee

Nog steeds ben ik op de Furie. Uiteraard en zonder enige twijfel. In navolging van mijn vorige column in 2022, kan ik volmondig zeggen dat ik mij helemaal thuis voel op het schip en op de stookplaat. Onze hoofdstoker komt inmiddels minder controleren, draagt de verantwoording over en dat geeft een goed gevoel.

Met deze gedachte gaf ik mij op voor de zeereis naar Scheveningen. Dit geheel tegen mijn eerdere uitspraken in dat ik écht niet meer op zee ging varen. Ik had onze afzwaaiend hoofdstoker gevraagd de druk op te voeren tot 14 bar, zodat ik tien minuten voor vertrek aan boord kon komen. Zonder enig vermoeden wat mij te wachten stond, kwam ik iets eerder aan boord. In de verwachting naar de stookplaat te gaan, werd ik naar de stoommachine gedirigeerd. Ik werd voor het voldongen feit gesteld dat ik deze reis als machinist mee zou gaan… oeps!

Waar ik vroeger werd gestraft voor spieken, was ik nu blij dat ik tijdens mijn opleiding voor stoker regelmatig bij de machinisten had gespiekt. De heren stokers waren op stoom en ik liep weer met zweetdruppeltjes op mijn kop, omdat ik weer moest nadenken over de te vervullen taken. Hoe zat het ook alweer?

De reis verliep voorspoedig en ik deed het als machinist best goed; we zijn er tenslotte gekomen.

Het weekend in Scheveningen levert de nodige zeemansverhalen op, waar ik niet over uitweid; what happens on board, stays on board.

Hoewel ik niet meer op zee wil varen, heb ik wel voorzichtig toegezegd volgend jaar mee te gaan naar Sail Amsterdam. Alweer een vaartocht over zee dus. Ik vraag wel aan de kapitein of ik de hele tocht beneden mag blijven, stookplaat of stoommachine. Lijkt me een goed plan!

Danny van der Ent

Stoker Furie

Column: Het kraakt en het piept

Het kraakt en het piept

Het zwarte koor aan boord van de Furie bestaat uit twee teams. De stokers, die verantwoordelijk zijn voor het kundig bedienen van de stoomketel onder leiding van de hoofdstoker, alias de ‘Sef’.

Het tweede team is verantwoordelijk voor het bedienen van de overige systemen, zoals de hoofdstoommachine om de Furie vooruit te krijgen. Samen vormen deze twee teams het zwarte koor die de taak (en zorg) hebben voor de complete voortstuwing en energie aan boord.

Nu was er al enige tijd een bijzonder geluid waarneembaar in de machinekamer dat er volgens de heren machinisten niet thuishoorde, maar ook met geen mogelijkheid te identificeren was.

Een geluid dat klonk als een ‘kraak dat werd gevolgd door een piep’. Het vreemde was dat het geluid zich alleen voordeed wanneer de 1e machinist samen op wacht was met de 3e machinist…

Tijdens de smeerronde aan de hoofdstoommachine was het geluid dat kraakte en piepte weer duidelijk hoorbaar. Na een uur zoeken door beide heren waar dat geluid toch vandaan kon komen, ging de 3e machinist even zitten op het bankje. Tot beider verbazing was het onbekende geluid plotseling weer verdwenen. Schouderophalend legde de 1e machinist zich erbij neer; om er moedeloos van te worden!

De Furie is ook in het bezit van een klein pakhuis, op loopafstand van de boot. De heren machinisten hebben daar ook enkele reserveonderdelen in opslag. Beide heren machinisten wandelden samen over de Schansbrug naar het pakhuis en plotseling, daar was het geluid van kraken en piepen weer terug.

De 1e machinist keek de 3e machinist vragend aan: “Volgens mij komt dat geluid bij jou vandaan!” De 3e machinist reageerde: “Ja, best mogelijk, mijn schoen piept en ik moet over twee weken naar het ziekenhuis voor een krakende meniscus.”

Frans Verbrugge

Kapitein Furie

Column: Historisch erfgoed anno 2024

Toen ik in 2017 de allereerste Furie-column schreef, heb ik dit opgetekend: ‘Ik ben blij dat ik iets wezenlijks kan toevoegen aan de club naast alle prachtige techniek. Al blijven mannen soms toch echt wel van Mars komen. In een van mijn eerste bestuursvergaderingen van de Furie werd mijn vraag ‘of ik geld uit mocht geven aan Public Relations’ met hoongelach ontvangen door mijn mannelijke medebestuurders. Achterover leunend riepen ze alle zes in koor: “Och jee, we hebben een vrouw in het bestuur hoor, daar gaan de centen en wat hebben we daar nou aan!” Alsof ze het van te voren hadden ingestudeerd. Zucht… het werd een lánge vergadering.’

Intussen ben ik acht jaar secretaris van Stichting Hollands Glorie en komen bovenstaande taferelen nog best eens voor. Niet vaak, maar toch. Ik weet als geen ander dat iedere euro die binnenkomt, ook daadwerkelijk wordt besteed aan onderhoud. De Furie voor alles, want zonder een schip dat vaarklaar is komen we niet ver. Dat snap ik zelfs.

Toch is het voor de Furie belangrijk om zichtbaar te zijn. Voorlichtings- of PR activiteiten, bijvoorbeeld een prachtige nieuwe folder en website in de nieuwe huisstijl, worden met wat gesnuif begroet. Met z’n allen, vriendelijk lachend, op de promotiefoto? Há, een onbetwist huzarenstuk!

Vaart de Furie meer, door dit soort activiteiten? Nee, maar ik denk dat het wel degelijk bijdraagt aan de hoge gunfactor van de Furie. Met de nieuwe huisstijl, die intussen op alle Furie-uitingen is doorgevoerd, zijn we herkenbaar en hebben we een uniforme uitstraling. Of je nou de site bekijkt of een bemanningslid ziet lopen, je zult weten: dát is de Furie!

Ons – gezamenlijk – doel is bereikt; de prachtige eeuwoude dame is aangekomen in 2024, maar fungeert nog altijd als het historische boegbeeld van Maassluis.

Veerle Vliegenthart